De Interne Competitie (uitleg)
Volgens de wet moet u, als u een wapen voorhanden wilt hebben, een erkende tak van schietsport beoefenen. Gewoon gezegd oefenen voor, door de K. N. S. A. goedgekeurde, wedstrijden. Omdat niet iedereen in staat is om wedstrijden te schieten, heeft de schietvereniging de “ interne competitie“ ingesteld.
U kunt in de onderstaande disciplines deelnemen aan de interne competitie van BSV de Geuzen.
Discipline |
Afstand |
Aantal schijven |
Aantal schoten per schijf |
Maximaal aantal punten |
MeesterKaartZwaar |
25 meter |
2 |
10 |
200 |
KKP |
25 meter |
4 |
10 |
400 |
KKP |
10 meter |
8 |
5 |
400 |
KKG |
12 meter |
2 |
10 |
200 |
KKG |
25 meter |
2 |
10 |
200 |
GKG .30 M1 |
25 meter |
3 |
5 |
150 |
Militair Pistool |
25 meter |
7 |
6; 6 en 3 en 2 |
240 |
Zwartkruit pistool/revolver |
25 meter |
1 |
13 (10 beste tellen) |
100 |
Zwartkruit geweer |
25 meter |
1 |
13 (10 beste tellen) |
100 |
Hoe gaat de interne competitie nu in zijn werk?
De interne competitie besttat uit 10 schietbeurten, waarvan de hoogste 8 meetellen voor het eindresultaat.
De kaarten en het meedoen aan de competitie zijn/is gratis. Losse kaarten om te oefenen kosten € 0,15 per stuk.
U hebt steeds uw KNSA-lidmaatschapskaart nodig om een wapen te kunnen lenen; munitie en kaartente kopen.
Wanneer u uw interne competitie wilt schieten, meldt u dit bij de dienstdoende kantoormedewerker.
U meldt welke discipline u wilt schieten en in geval van Klein Kaliber Geweer en Pistool ook op welke afstand.
De kantoormedewerker geeft u dan het aantal en soort schijven mee, dat bij de betreffende discipline hoort en zal deze merken met een verenigingsstempel, de datum, uw naam en de discipline en bijbehorende afstand.
Ook krijgt u één proefkaart mee waarop u net zoveel schoten kunt doen als u wilt. Deze zit bovenop de kaarten.
Na afloop van de schietbeurt telt u de score van de kaarten bij elkaar op (NIET DE PROEFKAART), noteert deze op de bovenste van de wedstrijdschijven en overhandigt deze aan de dienstdoende kantoormedewerker. Deze zal dan beide wedstrijdkaarten aan elkaar nieten en in het daarvoor bestemde bakje plaatsen. Schoten, die buiten de kleine kaart vallen, kunt u bij de andere geschoten punten optellen. Deze schoten noteert u met een + teken er voor, zodat voor een ieder duidelijk is, dat deze dus buiten de insteekkaart zijn gevallen. Heeft u volledige missers, dan vermeldt u deze met een nul (0) of met een streepje (-).
De door uzelf getelde scores worden gecontroleerd en daarna ingevoerd.
Wekelijks worden de geschoten wedstrijdkaarten verwerkt in de interne competitie registratie zodat aan het eind van de interne competitie bepaald kan worden welke schutters in de verschillende disciplines gewonnen hebben.
Aan het eind van ieder kwartaal zal er een overzicht van de interne competitie op het publicatiebord gehangen worden.
U dient al uw interne competitie wedstrijden in een jaar in één en dezelfde discipline te schieten. Het is dus niet toegestaan om bijvoorbeeld 4 maal MKL of MKZ te combineren met 4 maal KKG. Wel kunt u aan verschillende competities meedoen en daarvoor minimaal 8 scores inleveren.
Het is ten strengste verboden om volledige missers en/ of schoten in de moederkaart erbij te schieten. U benadeelt daardoor natuurlijk andere schutters,en u houdt uzelf natuurlijk ook voor de gek. Dit valt onder het hoofdstuk "sportiviteit" naar uzelf en naar uw medeschutters.
Bij de telling van de score, telt u alles bij elkaar op, met dien verstande, dat u schoten, die een lijn doorbreken mag opwaarderen. Als u bijvoorbeeld een 8 geschoten heeft, maar deze doorbreekt de lijn van de 9, mag u een 9 noteren. Voor twijfelgevallen bezit de schietvereniging zogenaamde kalibers. Bij voorgaand voorbeeld zijn we er van uitgegaan, dat een schot echt duidelijk een lijn doorbroken heeft. Is het echter niet duidelijk te zien en heeft u hierover twijfels, dan doet u een kaliber in het gat en kijkt of de rand van het kaliber de rand van de lijn doorbreekt. Is dit het geval, dan wordt bijvoorbeeld een 8 een 9. Is dit niet het geval, dan blijft een 8 een 8.
Het bestuur zal aan het eind van ieder jaar controleren of u de tot dan toe benodigde aantal wedstrijdkaarten hebt geschoten. Indien u niet het aantal kaarten geschoten heeft, dat u had moeten schieten, krijgt u een waarschuwing. Mocht u daarna nog niet meedoen, dan kunt u uw verlof met ingang van het volgende jaar niet meer verlengen, omdat u dan niet aan de vereisten in de wet voldoet.